Waar willen we aan werken

Gebied 2 - Wereld van wierden

Ambitie 1 – Pronkjewail Hogeland

  • Beschermen van al onze dorpsgezichten en vanuit cultuurhistorie bouwen aan nieuwe pronkjewailen.
  • Stimuleren kleinschalige verblijfsmogelijkheden en nieuwe dagattracties.
  • Beleven van het landelijk gebied aantrekkelijker maken voor inwoners, recreanten en toeristen.

Ambitie 2 – Levend(ig) Hogeland

  • Stimuleren samenredzaamheid en zelforganiserend vermogen van de dorpen.
  • Concentreren van regionaal verzorgende functies in Uithuizen.
  • Versterken van de kwaliteit van de woningvoorraad.
  • Bij nieuwbouw eerst kijken wat binnendorps kan, daarna kleinschalige uitbreiding met kwaliteit en eigen karakter.

Ambitie 3 – Ondernemend Hogeland

  • Eigenheid van de winkelgebieden beter benutten.
  • Aanpakken leegstand in de centrumgebieden van Uithuizen, Uithuizermeeden en Leens door zo compact mogelijk maken van het winkelhart.
  • Doorzetten van mix van functies in het landelijk gebied en zoeken naar recreatieve meerwaarde voor recreatie, biodiversiteit en verduurzaming.

Ambitie 4 – Groenbewust Hogeland

  • Ruimte voor duurzame energie passend bij de maat en schaal van dorp of erf.
  • Versterken van woningen combineren met verduurzaming.
  • Nieuwe woonbuurten zijn duurzaam en circulair en geven ruimte voor een vergroting van de biodiversiteit.

Toelichting

In dit gebied liggen veel dorpen. Ieder eigen, allemaal met een lange historie. De dorpen verschillen in omvang, maar zijn nooit heel groot. Voorzieningen zijn niet overal. Daarom staat de samenwerking en verbinding tussen dorpen in dit gebied voorop. Want dat is de kracht van dit gebied: de samenredzaamheid en het rijke verenigingsleven. We stimuleren het zelforganiserend vermogen van de dorpen via de ondersteuning van onze dorpencoördinatoren. En in onze projecten vanuit onder andere het Lokaal Programmaplan

Netwerk van dorpen

Ieder dorp is anders. Die eigenheid benutten we bijvoorbeeld als onderscheidend vermogen voor de winkelharten van de dorpen. We werken verder aan het ontwikkelen van levendige en compacte winkelgebieden in Leens, Uithuizen en Uithuizermeeden. Bovendorpse voorzieningen concentreren we in de regionale centra: Uithuizen en Leens. Deze dorpen hebben een verzorgende functie voor een grotere regio. Dat is te zien aan het winkelaanbod en aan de zorgvoorzieningen in het dorp en dat willen we ook zo houden. In een flink aantal dorpen zien we de gevolgen van de aardbevingen. Scholen en woningen worden versterkt en tegelijkertijd verduurzaamd. We zetten ons ervoor in dat er voor elke inwoner een passende oplossing komt. Maar we kijken ook breder dan ieder afzonderlijk geval. Wat ons betreft moet de versterking een meerwaarde opleveren voor het hele dorp. Niet alleen door nieuwe, passende en duurzame woningen. Maar ook door goed ingerichte straten en een netjes openbaar gebied.

Ruimte om te wonen

We geven ruimte om te experimenteren met de woningvoorraad. In sommige dorpen kunnen er woningen bij. Dat geldt in het bijzonder voor de spoordorpen in dit gebied: Baflo, Warffum, Usquert, Uithuizen, Uithuizermeeden en Roodeschool. We zien mogelijkheden om in deze dorpen bijzondere woonmilieus te maken die passen bij de unieke kwaliteiten van onze Hogelandster dorpen. Deze nieuwe woonbuurten moeten een regionale aantrekkingskracht hebben, zodat ze ook voorzien in een regionale woonbehoefte. We vinden het belangrijk dat:

  • het aantal te bouwen woningen past bij de omvang van het dorp (moet proportioneel zijn).
  • optimaal gebruik wordt gemaakt van de eigenheid en kwaliteiten van de plek en het dorp.
  • gezondheid, duurzaamheid en biodiversiteit integraal in de plannen worden meegenomen.
  • vanuit de beoogde locatie het station goed bereikbaar is.

In andere dorpen is de vraag niet meteen naar meer woningen, maar vaak ook juist naar meer passende woningen. Woningen die aansluiten bij de behoefte. Zeker als woningbouwplannen het beter mogelijk maken om zo lang mogelijk te kunnen wonen in het dorp dat je lief is (voor jong en oud), geven we daar ruimte voor. We kijken bij woningbouw eerst naar wat binnendorps kan. Bijvoorbeeld door hergebruik van leegstaande panden of braakliggende terreinen. Daarna kijken we pas naar kleine uitbreidingen passend bij het dorp: in typen, aantal en uitstraling.

Landelijk gebied

De ‘wereld van wierden’ met al haar historie is een visitekaartje van onze gemeente, maar ook kwetsbaar. Daarom kiezen we hier niet voor grote veranderingen en oplossingen. Ook niet in het landelijk gebied. We geven de ruimte om passend in het landschap mee te groeien met de vragen van de toekomst: voor natuur, voor landbouw, voor recreatie en voor energie. 

Het landelijk gebied is van oudsher een landbouwgebied. Op veel plekken is de oorspronkelijke verkaveling nog goed zichtbaar. Het gebied is relatief kleinschalig en heeft een variatie aan akkerbouw, veeteelt en kleinschalige natuur. Die mix aan functies zetten we door. Daarbij bouwen we verder op de verschillen die er in het landschap zijn, bijvoorbeeld tussen hoger liggende delen en de laagtes. In die laagtes van de maren liggen bijvoorbeeld kansen voor waterberging en natuurontwikkeling. En deze kansen kunnen we vervolgens ook verbinden met een recreatieve versterking van het landelijk gebied. Want we staan open voor mogelijkheden om recreatieve meerwaarde te realiseren in het landelijk gebied. Zo vergroten we ons recreatieve netwerk voor inwoners en toeristen en verbinden we ‘het oude achterland’ nog meer met de kust. 

We staan open voor verbreding, verandering of vergroting van boerenerven als dat past binnen de maat en schaal van het gebied. We verwachten wel dat bij ontwikkelingen op een boerenerf koppelkansen worden benut, omdat we in dit gebied de mix aan functies willen versterken. Deze koppelkansen leiden bijvoorbeeld tot recreatieve meerwaarde, of vergroening of verduurzaming van het bedrijf en het erf. Een goede landschappelijke inpassing staat buiten kijf en moet altijd.

Ook ontwikkelingen op het vlak van duurzame energie moeten passen bij de maat en schaal van een dorp of een boerenerf. Dat betekent dat we in dit gebied nu niet kiezen voor grote zonneparken of forse windturbines. Zo hebben we dat nu ook al in ons beleid vastgelegd.

Historie en erfgoed

De ‘wereld van wierden’ vertegenwoordigt een bewoningsgeschiedenis die eeuwen teruggaat. Deze bewoningssporen vinden we ondergronds en bovengronds nog terug. Er zijn vele archeologische monumenten en vindplaatsen. In de dorpen en in het landschap zien we de rijke geschiedenis: met borgen, met kerken en molens, met dijken, lager liggende kronkelende maren en hogere kwelderwallen en wierden. Niet voor niets zijn er in dit gebied drie rijks beschermde dorpsgezichten: Eenrum, Warffum en Wadwerderweg en nog vele dorpsgezichten die meer dan de moeite waard zijn om te behouden. Denk aan Kantens, fraai aan het Boterdiep, aan Zandeweer met haar markante molen en wierdendorpen als Warfhuizen, Tinallinge of Rasquert. In dit gebied vinden we ook de landelijke lintdorpen zoals Kloosterburen, Hornhuizen, Pieterburen, Westernieland, Den Andel en Roodeschool. In deze dorpen is het landschap zichtbaar en voelbaar tot in de dorpskern. Dat is een waarde die we willen behouden en dat vraagt dus voortdurend zorgvuldigheid bij het inpassen van nieuwe plannen.

Onze cultuurhistorische waarden beschermen we. Het is een belangrijk deel van de identiteit van het gebied en van de inwoners. We verwachten ook dat initiatiefnemers zorgvuldig met deze waarden omgaan, zowel onder als boven de grond, vanuit het principe ‘behoud door ontwikkeling’. Zeker in dit gebied kan cultuurhistorie de inspiratiebron zijn voor de ontwikkeling van nieuwe pronkjewailen. Wat ons betreft zetten we met deze nieuwe pronkjewailen het gebied ook recreatief nog meer op de kaart. Als historisch achterland van de kuststrook kan het gebied een goede uitvalsbasis zijn om van Wad tot Stad van het Hogeland te genieten.