Hulp voor alleenverdieners
Mensen met een laag inkomen, die getrouwd zijn of samenwonen, kunnen samen onbedoeld een lager inkomen hebben dan het bestaansminimum. Dat is het minimale bedrag dat nodig is om van te leven. Huishoudens met een laag inkomen hebben recht op toeslagen. Door regels die niet goed op elkaar aansluiten, hebben sommige huishoudens te weinig inkomen. Dit heet ook wel de alleenverdienersproblematiek. De regering heeft aan gemeenten gevraagd om hierbij te helpen.
Wanneer komt dit voor?
Je bent een echtpaar en
- Jij of je partner krijgt een uitkering van het UWV of een verzekeraar en ontvangen samen nog aanvullende bijstand.
- Jij of je partner krijgt een uitkering van het UWV of een verzekeraar en de ander heeft een klein of geen inkomen.
- De partner met het laagste inkomen is geboren na 1962 (dus op of na 1 januari 1963).
Wat houdt de regeling in?
Van 2025 tot 2028 krijg je elk jaar een vast bedrag. In 2025 is dat €1.000 per huishouden. Meestal hoef je hiervoor niets te doen:
- Je krijgt het bedrag automatisch.
- Je toeslagen blijven hetzelfde.
- Je hoeft het bedrag niet terug te betalen.
- Zo heb je meer zekerheid over je inkomen.
Hoe weet je of je het krijgt?
De Belastingdienst heeft een lijst gemaakt van huishoudens die hulp nodig hebben. Staat jouw huishouden op de lijst? Dan krijg je het geld voor 1 januari 2026 automatisch op je rekening.
Heb je niets ontvangen?
Denk je dat je wél recht hebt op de vergoeding, maar heb je niets gekregen? Neem dan contact op met het: Sociaal Loket - Werk en Inkomen. Telefoon: 088-345 88 88 (optie 1)
Ook hulp voor eerdere jaren?
We hebben ook een lijst ontvangen voor het jaar 2024. Staat jouw huishouden op de lijst? Dan hoor je vóór 1 oktober 2025 van ons. We bekijken dan of je recht hebt op een vergoeding voor de jaren 2022, 2023 en 2024.
Heb je vóór 1 oktober niets gehoord, maar denk je dat je wél in aanmerking komt? Bel dan naar het Sociaal Loket.
Wanneer kom je in aanmerking?
Je komt mogelijk in aanmerking als:
- Je bent getrouwd, geregistreerd partnerschap hebt of samenwoont.
- Je toeslagenpartner of fiscaal partner van elkaar bent.
- Jullie gezamenlijke inkomen lager is dan dat van een vergelijkbaar huishouden met bijstand.
- De partner met het laagste inkomen geboren is na 1962 (dus op of na 1 januari 1963).
- Jullie vermogen onder de vermogensgrens ligt die de Belastingdienst gebruikt voor toeslagen. Let op: de grens verschilt per toeslag.
- Je ontvangt de vergoeding maximaal één keer per jaar.