Subsidie Nationaal Programma Onderwijs
Op deze pagina:
Gemeenten hebben vanuit het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) geld gekregen om vertragingen in de ontwikkeling van kinderen en jongeren in te kunnen halen. Samen met de (voor)scholen hebben wij een subsidieregeling opgesteld. Als school, kinderopvang of voorschoolse voorziening kunt u voor verschillende activiteiten subsidie aanvragen. Dit kan tot 14 maart 2022.
Zo vraag je aan
- Start de aanvraag en vul de gegevens van je organisatie in.
- Kies de activiteiten waar je subsidie voor wil aanvragen.
- Vul per activiteit het volgende in:
- Motivatie
- Doel en verwacht resultaat
- Aantal betrokkenen
- Gevraagd bedrag en specificatie kosten
- Planning en werkwijze
- Samenwerkingspartijen
- Borging na 1 augustus 2023
- Geef aan welke activiteiten je het belangrijkst vindt.
Je krijgt binnen 6 weken bericht van ons. Zo nodig nemen we contact met je op voor meer informatie. Je aanvraag moet voor 14 maart 2022 bij ons binnen zijn.
Voorwaarden
Je (voor)school kan subsidie krijgen als er aan de onderstaande voorwaarden wordt voldaan.
Activiteiten en doelgroep
Het geld wordt gebruikt voor activiteiten die u niet of minder goed zelf kunt organiseren of uitvoeren. En het geld wordt vooral gebruikt voor kinderen en jongeren van 2 tot 18 jaar in kwetsbare situaties zodat er meer gelijke kansen komen.
Samen
Je zorgt voor een lokale, geïntegreerde, bovenschoolse aanpak. Er wordt verbinding gelegd met bestaande initiatieven. U streeft naar een zo breed mogelijke samenwerking met andere partijen. Denk aan voorschoolse, kinder- en buitenschoolse opvang, sport- en cultuurverenigingen.
Tijdelijk
De subsidie is tijdelijk. Daarom moet het geld voor augustus 2023 besteed worden. Wij doen ons best om samen met alle partners de subsidie zo duurzaam mogelijk in zetten. Waar mogelijk maken we daar beleid van. Omdat we dit niet kunnen garanderen kun je er niet van uit gaan dat activiteiten ook na augustus 2023 kunnen blijven bestaan.
Verslag
Achteraf moet je (voor)school uit kunnen leggen welke activiteiten er met de subsidie zijn uitgevoerd en op welke manier aan de verplichtingen is voldaan. Je moet daar een inhoudelijk en financieel verslag voor aanleveren.
Subsidieplafond
Per inzet of activiteit hebben wij een subsidieplafond vastgesteld. Aanvragen worden beoordeeld op volgorde van binnenkomst. Indien het subsidieplafond is bereikt, kan er op betreffende inzet of activiteit geen beroep meer worden gedaan.
Verdeling geld
We verdelen het geld zo eerlijk en redelijk mogelijk voor alle betrokkenen. Ook zorgen we ervoor het meeste geld naar de plekken gaat waar dit het het hardste nodig is. Dit wordt beoordeeld op basis van de schoolwegingsfactoren. Daarna geven we voorrang aan aanvragen die samen met tenminste 3 partijen zijn gedaan. Het kan dus voorkomen dat we minder subsidie toekennen dan u heeft aangevraagd.
Collectief
Sommige activiteiten worden collectief door ons aangevraagd. Alle (voor)scholen en kinderopvang kunnen hiervan gebruik maken. Wanneer je gebruik maakt van collectieve inzet neemt de organisatie waarbij de gemeente de inzet inkoopt contact met je op over hoe en en hoe vaak je dit wilt inzetten.
Uitleg activiteiten
Je kunt subsidie aanvragen voor verschillende activiteiten verdeeld over 3 speerpunten.
1. Voor -en vroegschoolse periode
Door de sluiting van locaties voor peuter- en kinderopvang in 2020 en 2021 hebben de huidige 2, 3, 4 en 5-jarige kinderen tijdens een belangrijke fase in hun ontwikkeling geen of onvoldoende gebruik kunnen maken van peuter- of kinderopvang. Met name kinderen in een kwetsbare positie die gebruik maken van voor- of vroegschoolse educatie lopen hierdoor een -nog- grotere kans op vertraging of onderwijsachterstand.
Waar scholen verantwoordelijk zijn voor de vroegschoolse educatie in groep 1 en 2 (4- en 5- jarigen) en hierop extra maatregelen vanuit de NPO-middelen kunnen inzetten, zoals bijv. de extra inzet van een onderwijsassistent in de groep, extra begeleiding, huisbezoeken of professionaliseringsactiviteiten, is de gemeente verantwoordelijk voor en kan zij NPO-middelen inzetten voor de voorschoolse educatie voor 2- en 3- jarigen en de overgang van voor- naar vroegschoolse educatie.
1A Overgang peuters-kleuters met VVE indicatie verbeteren: inzet gespecialiseerde PM’er
Overgang verbeteren door middel van de inzet van een gespecialiseerde pedagogisch medewerker in de begeleiding van 2,5 tot 6 jarigen met een VVE indicatie op de (voor)school. Zij bedient verschillende (voor)scholen. Voorwaardelijk is dat de indicering goed op orde is.
Daarnaast wordt er in kaart gebracht hoe de overgang van voorschools naar vroegschools er nu uitziet en wat er verbeterd kan worden. Hiervoor wordt bv. de samenwerking gezocht met de opleiding Pedagogische Wetenschappen (RUG) om onderzoek te doen.
Bij voorkeur wordt deze taak uitgevoerd door een HBO coach die al actief is binnen de voorschoolse educatie in onze gemeente met kennis van NT-2 onderwijs, zodat er evt. een combinatie kan worden gemaakt met de wens om extra NT-2 onderwijs aan te bieden aan kleuters (zie onderstaande). Om dit goed te kunnen borgen, maakt professionalisering van de collega’s onderdeel uit van het takenpakket van deze PM’er.
Bij toekenning wordt er gekeken in welke regio de behoefte aan ondersteuning het grootst is.
1B Professionalisering PM’ers en leerkrachten
Diverse trainingen gericht op Voor en Vroegschoolse Educatie.
1C Extra NT-2 onderwijs aan peuters en kleuters (voor- en vroegschools) bieden
Inzet op extra begeleiding op (voor)school, en professionaliseren van leerkrachten en PM’ers. NT-2 onderwijs voor peuters en kleuters: 1 dag per week of begeleiding op (voor)school door een specialist. Ook hier geldt dat er aandacht moet zijn voor de borging en gekeken moet worden hoe kennis kan worden overgedragen.
1D Ouderbetrokkenheid vergroten
(Taal)ontwikkeling in de thuissituatie is erg belangrijk. Het gaat om de inzet van ondersteuning bij gezinnen waarvan ouders moeite hebben met de Nederlandse taal. Dit kan bijvoorbeeld zijn, omdat ze laaggeletterd zijn of Nederlands als tweede taal spreken.
1E Toeleiding verbeteren
De ervaring is dat ouders van VVE kinderen met een enorme zorgvraag het moeilijk vinden om een traject in te gaan welke geadviseerd wordt. Individuele ouders kunnen hiervoor worden aangemeld om vanuit een maatwerkbudget te worden begeleid. Deze begeleiding kan worden gedaan door een welzijnsorganisatie, de GGD, kinderopvang of de school waarnaar de peuter gaat zodra hij/zij vier jaar is.
2. Zorg en welzijn
Maatregelen gericht op zorg en welzijn in de (voor)school of in de verlengde leertijd om vertragingen op sociaal en emotioneel vlak als gevolg van COVID-19 in te halen.
2A Preventieve logopedie (in nauwe samenwerking met school, opvang en het consultatiebureau)
Onze leerlingen groeien veelal op in taalarme omgeving. Het is van belang dat de school en de opvangorganisaties daar oog voor hebben en preventief handelen. Ook de toeleiding naar VVE programma’s door de GGD kan via de logopediste een boost krijgen.
2B Inzet ondersteuning sociaal emotionele ontwikkeling
Het basisonderwijs geeft aan behoefte te hebben aan een voorziening waarbij er een hulpverlener op school is, die zichtbaar is voor en korte lijntjes heeft met ouders. Bijv. Schoolmaatschappelijk werk (SMW) of extra aanwezigheid van de jeugdverpleegkundige. Het onderwijs en de kinderopvang geven bovendien aan behoefte te hebben aan meer aandacht voor het integraal aanvliegen van multi-problem gezinnen.
Ook extra ondersteuning voor jeugdigen waarvan de ouders de Nederlandse taal niet beheersen en extra ondersteuning voor jeugdigen om zelfvertrouwen en/of weerbaarheid te vergroten is nodig. Tot slot wordt aangegeven dat er extra ondersteuning nodig is voor kinderen in een echtscheidingssituatie.
2C Inzet orthopedagoog
Er zijn bij steeds meer kinderen vragen ontstaan waarbij bij voorkeur een orthopedagoog moet worden betrokken.
2D Versterken mentorschap VO
Mentoren binnen het VO willen graag worden getraind in gesprekstechnieken en zich verdiepen in hedendaagse vraagstukken rondom jeugd, zodat ze hun leerlingen nog beter kunnen ondersteunen.
3. Bevorderen samenwerken in de gemeente (focus taal)
Maatregelen gericht op het bevorderen van lokale (en regionale) samenwerking tussen schoolbesturen, samenwerkingsverbanden passend onderwijs, en andere lokale partijen ten behoeve van de aanpak van COVID-19 vertragingen en een integrale ondersteuning van jongeren op sociaal, emotioneel, executief en cognitief vlak.
3A Gezamenlijk taalbeleid binnen de gemeente stimuleren door een taalcoördinator voor kinderen en jeugdigen Hogeland aan te stellen
Door een verbreding van de overdracht van jeugdigen van voorschoolse educatie naar het basisonderwijs en door meer samenwerking tussen medewerkers van de kinderopvang, het basisonderwijs, de logopedisten en het consultatiebureau kunnen de jongste kinderen en hun ouders in kwetsbare posities snel en adequaat ondersteund worden.
Daarnaast kan deze taalcoördinator sturen op het tot stand komen van samenhang tussen bestaande taalinitiatieven, benodigde taalinitiatieven in kaart brengen en stimuleren van gezamenlijk taalbeleid in de gehele doorlopende leerlijn, dus van voorschoolse educatie tot en met het VO.
Ook kan zij een rol spelen bij de wens van het VO om betekenisvolle profielwerkstukken te laten maken door leerlingen. Hiervoor is het nodig om onderzoeksvragen bij verschillende organisaties te verzamelen binnen de gemeente en een netwerk op te bouwen dat vraag en aanbod samenbrengt.
Tot slot kan zij inzetten op het stimuleren van voorlezen van jonge kinderen zowel door vrijwilligers (bv. via de VoorleesExpress) als door leerlingen uit het VO. N.B Er is al een taalhuiscoördinator voor volwassenen vanaf 18 jaar actief in het Taalhuis Hogeland, maar nog niet voor kinderen van -9 maanden tot 18 jaar.
Vragen?
Neem dan contact op met:
- Paulien Brakels, medewerker Beleidsuitvoering Samenleving
- e-mail: p.brakels@hethogeland.nl
- telefoon: 088 - 345 8888